Op nog geen anderhalf uur vliegen van Amsterdam ben je in Bordeaux, hoofdstad van de regio Aquitaine. Door de stad stroomt de rivier de Garonne, die niet alleen voor verkoeling zorgt in hete zomers, maar ook mooie bruggen oplevert zoals de Pont de Pierre. Bordeaux heeft een grote studentenpopulatie die zorgt voor talloze happy hours en veel meer fietsen dan een gemiddelde
Fransoos ooit heeft gezien.
Shoppen kun je er als de beste: de Rue Sainte Catherine is zo lang dat je een lunchpakket kunt meenemen voor onderweg. Galerie Lafayette is een must, en let ook op de subtiele stijlverschillen van
een Franse en Nederlandse H&M. Dat Bordeaux trots is op de 700 miljoen flessen wijn die worden geproduceerd, moge duidelijk zijn. Geen zin meer in de stad? Pak de trein naar Arcachon, een middelgrote frisse stad aan het Bassin d’Arcachon en de Atlantische Oceaan. Arcachon was vanaf midden 19e eeuw een kuuroord voor rijke oude zieke mensen vanwege de zeelucht, maar heeft sindsdien de belegenheid enigszins afgeworpen.
Fietsroutes vertakken zich in alle richtingen in een netwerk van ruim 200 kilometer en de nabij gelegen Dune du Pyla, momenteel met 107 meter de hoogste duin van Europa, is imposant. Vanaf Arcachon kun je de pont nemen naar Cap Ferret om de oesterhutjes (cabanes) af te banjeren, voor een ‘degustation huitres’, ofwel een oesterproeverij. De zilte bijzonder betaalbare vriendjes bestel je vanaf zes stuks, en daar krijg je knapperig brood en citroenboter bij, en een flesje wit of rosé mag ook niet ontbreken. De oesters zijn goedkoop, de overtocht minder: per persoon betaal je gemiddeld 23 euro inclusief fiets voor een retour. Die Fransen zijn zo gek nog niet.