UITMAG.NL vroeg geschiedeniskenner, volle Haarlemse Mug en pr-man van Patronaat Warry van der Leen om wat te vertellen over Haarlem 775 jaar. En dat kan hij!
Een mooie leeftijd, waarmee we tot de eerste steden van Noord Nederland behoren. Amsterdam zit bijvoorbeeld pas op 714, al houden ze daar in de hoofdstad zelf een eigen telling over op na, gerekend vanaf het moment dat de stad voor het eerst officieel genoemd werd. Dat was in 1275 – toen wij al 30 jaar stadsrechten hadden, en drie eeuwen nadat wij voor het eerst ‘ergens genoemd’ waren. Het roemruchte Amsterdam 700 Toernooi in 1975 was er niet minder spectaculair om natuurlijk, maar in hetzelfde jaar bevrijdde niemand minder dan Sint Bavo onze stad van de Kennemers – als dank waarvoor de daarvoor even uit Vlaanderen gekomen beschermheilige uiteindelijk werd beloond met niet minder dan twee kerken.
Er zijn wat steden, die eerder stadsrechten kregen dan Haarlem, zoals Dordrecht, Zwolle, Arnhem, Eindhoven en enkele van de altijd opstandige Friese steden, die vermoedelijk alleen op die manier getemd konden worden. Maar vrijwel allemaal tamelijk onbelangrijke voormalige dorpen dus, net als de met houten stallen en lemen hutten volgetimmerde gehuchten die later ook die rechten verkregen, niet zelden nadat dat er forse bedragen werden overgemaakt naar de bankrekeningen der verantwoordelijke graven, hertogen en andere hoogwaardigheidsbekleders. Alkmaar volgde ons in 1254, Medemblik in 1289, Beverwijk in 1298, Enkhuizen in 1355, Hoorn in 1357, Purmerend in 1410 en Zaandam in 1812 – die laatste plaats wel door een keizer, trouwens – ere, wie ere toekomt.
Waar Haarlem van meet af aan in uitblonk, was natuurlijk, naast het bierbrouwen – een eerzaam en nuttig ambacht dat hier honderden jaren lang vrijwel huis aan huis werd uitgeoefend – het scheppen van een roemrucht verleden. Er is, afgezien van Kaatsheuvel, geen plaats in Nederland waar waar gebeurde zaken en misschien niet helemaal naar werkelijkheid opgetekende gebeurtenissen broederlijk zij aan zij een plek hebben gekregen in de stadse trots. Wapenschilden, standbeelden en herinneringsplaquettes getuigen door de hele stad van een even strijdvaardig als nijver verleden, waarbij de voorbijganger wordt gewezen op de rol die onze stad gespeeld heeft bij de ontwikkeling van de wereld en de vooruitgang van de mensheid.
Beeld: Het Spaarne met kraan en De Waag. Prent van Romeyn de Hooge, 1689 Noord-Hollands Archief, Haarlem